Varen, varen over de…

 Middelandse zee, door de straat van Gibraltar. Vandaag hebben we het Europese continent verlaten en zijn we Afrika ingereden. Het wordt een gewoonte om eerst drie rondjes door Ceuta te rijden op zoek naar een pinautomaat om vervolgens als laatste bootpassagiers aan de Marokkaanse grens te staan.

Tegen die tijd zijn de douaniers melig en flirten ze met  Europese vrouwen. Laat de bus nu op naam van Anja staan, wat dan alleen maar goed van pas komt. Zo weten we sinds vandaag dat Merel in het Arabisch een erg lekkere vissoort is en dat Anja een normale voornaam is in het Arabisch (hoewel anders geschreven). Merel kreeg nog een handje en een kusje van de douanier en wij konden Marokko in.

In Tetouan eerst wat Dirhams en een koude cola gescoord. De laatste Europese boodschappen hebben we bij de Marjanne ingeslagen, op naar Chefchouan. Daar zitten we nu op wat eens een glorieuze camping moet zijn geweest. De Duitse Overlanders naast ons vertrouwden ons toe dat er dingen kapot zijn die 4 jaar geleden ook al niet werkten. Het lijkt erop dat onderhoud volgens deze campingeigenaar een vies woord is. We vragen ons af waarvoor de eetlepel dient die is vastgelast op een lange stok. We hoeven ons niet bang te maken dat hij in het restaurant wordt gebruikt, want dat is gesloten.

Zo is er van alles te zien en te beleven op een ranzige camping in Chefchouan. Een witte bus met groene en rode zwaailampen is al twee keer het terrein opgereden, de laatste keer vergezeld door 5 mannen in uniform. Gelukkig hebben wij alleen een kleine boef aan boord, dus voor ons zullen ze wel niet komen.

Oh ja, gister heeft Arne nog een belangrijke klus geklaard. De toeter van de bus doet het weer. Merel schrok zich een hoedje toen ze er per ongeluk op drukte.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Time limit is exhausted. Please reload the CAPTCHA.